top of page

Johnny Verbeek: Ik houd van mensen die er voor gaan!


Het is begin juni en de zon schijnt over de uitgestrekte velden rondom Dussen. Ooit woonde hier ‘Elfstedenicoon’ Anton Verhoeven! De oersterke Brabantse schaatser uit het Land van Altena leeft al jaren niet meer, maar zijn naam spreekt nog altijd zeer tot de verbeelding. Dussen is ook de woonplaats van Johnny Verbeek (37), de gedreven verzorger van de nieuwe formatie ‘Team 17/18’. Hoewel Verbeek zelf geen (actief) schaatser is deelt hij met zijn illustere plaatsgenoot Anton Verhoeven bepaalde eigenschappen: een onvoorwaardelijke inzet en hij is recht voor zijn raap!

Al meer dan acht jaar is Verbeek – in het dagelijks leven taxichauffeur- van onschatbare waarde als verzorger en vertrouwensman. De meeste marathonschaatsers zijn inmiddels volop in zomertraining, ondertussen treft Verbeek ook zijn voorbereidingen voor het nieuwe seizoen.

Waar bestaan die voorbereidingen uit?

“Dat is een breed pakket, variërend van het koken tijdens de trainingskampen van het Team 17/18. Het onderhouden van de contacten, het beheer van de social media van de ploeg. Ook werk ik in de zomer extra- om in de winter vrij te kunnen nemen als er een natuurijsperiode komt.

Wat is het verschil in werkzaamheden voor de ploeg met de wintermaanden?

“Tijdens de wedstrijden regel ik dat de meiden op tijd hun bidons aangereikt krijgen. In al die jaren dat ik actief ben, heb ik maar twee keer meegemaakt dat een rijder misgreep. In de loop van de tijd ben ik er ook steeds bedrevener in geraakt. In mijn eentje kan ik een ploeg van vijf rijders verzorgen. Daarbij heb ik mijn eigen ritueel. Op de Weissensee mag niemand in mijn verzorgingstent komen. Ik werk op mijn eigen manier, punt uit! Verder werk ik in de winter de voedingsschema’s uit. Dat betekent dat ik weet wat alle rijdsters willen eten en drinken tijdens de koers. Ik zorg ervoor dat alle bidons na afloop schoongemaakt worden. Het is dankbaar werk om te doen. In de rol van verzorger hoor je vaak meer van de rijdsters dan een ploegleider. Vaak heb je ook een soort van vertrouwensfunctie. In de winter kost het schaatsen veel tijd, maar mijn thuisfront (vriendin en kinderen) staan achter mijn activiteiten in de sport.

Je hebt zelf niet geschaatst, hoe ben je in het schaatswereldje terecht gekomen?

“Ik ben bevriend met (oud-marathonschaatser) Koen Lankhaar uit Babyloniënbroek. Vaak ging ik bij zijn wedstrijden kijken. Toen hij stopte kreeg ik min of meer bij toeval van de Brabantse schaatsers Pieter Jan van Eck en de broers Uythoven de vraag of ik verzorger wilde worden? Over die vraag hoefde ik niet lang na te denken. Verbeek heeft inmiddels een indrukwekkende staat van dienst opgebouwd als verzorger bij o.a: Habovo, BWaste, Harry de Wolff, Team Snelle Jelle, Team Brabant en Koga.

Hoe kijk je terug op het afgelopen seizoen?

“We hebben een goed seizoen gedraaid. De wedstrijden in Zweden vond ik het hoogtepunt van het seizoen. Onder loodzware omstandigheden won Carla Zielman daar de Grand Prix. Het laatste half uur van de wedstrijd begon het te sneeuwen. Op het grote meer -daar- waren mensen uit de omgeving getooid met Eskimo mutsen bezig met ijsvissen en zo…! Daar voelde ik die pure marathonsfeer, van de individuele strijd tegen elkaar én tegen de elementen. Dat vind ik ook het mooiste aan marathonschaatsen: De man tegen man gevechten onder zware omstandigheden. De AGM marathon op de Weissensee of het ONK (daar) dat kunnen alle marathonschaatsers wel uitrijden, maar bij wedstrijden boven de 100 kilometer komen alleen de allersterksten over de finish ! Met geluk kan je dan niet meer winnen!

Hoe schat je de kansen in voor Team 17/18?

“We hebben een mooie mix van ervaring en talent. Daniëlle Bekkering mag dan wel de veertig gepasseerd zijn, maar op natuurijs kan ze nog altijd met de besten mee. De komst van Janneke Ensing is geweldig. Daarmee hebben we een ijzersterke rijdster binnengehaald. Ook Loes Adegeest, Vera Otten en Luna Jonkers zullen profiteren van die ervaring in ons team en zich (zeker) in de kijker rijden.

Aan ambities geen gebrek. Geldt dat ook voor jezelf?

Ik houd van mensen die er voor gaan! Als je 35 jaar bent en nog bij de B-rijders rijdt, met alle respect, maar dat is niet mijn sportbeleving. In de 8 jaar dat ik verzorger ben, heb ik maar één wedstrijd gemist. Naast de verzorging zorg ik er ook voor dat ik de koers goed volg. Ik heb gemerkt dat ik een wedstrijd ‘goed kan lezen’. Het lijkt mij best leuk om in de toekomst meer met tactiek bezig te zijn. Een rol als ploegleider lijkt mij wel wat. Al begrijp ik best dat jongens die zelf op niveau geschaatst hebben hiervoor eerder gevraagd worden.

Ligt er een Elfstedendraaiboek op de plank bij Team 17/18?

HHH, uiteraard! Maar ik denk niet dat ik dat ooit ga meemaken. Hoewel ik het natuurlijk echt kicken zou vinden als ik daarbij mag zijn. Als de wedstrijd los gaat van de toer zouden we veel vaker een kans hebben op een Elfstedentocht… Maar, ja…, dat is voor veel mensen niet aanvaardbaar. Door alle commercie en mensenmassa die waarschijnlijk op het evenement afkomen vrees ik dat het heel lastig wordt om het überhaupt te organiseren.

Waarom ben je bang dat het marathonschaatsen zichzelf kapot maakt?

Er zijn in de afgelopen jaren te veel ‘dubbele ploegen’ geweest. Weliswaar hebben ze een andere naam en denkt de buitenwacht dat het concurrenten zijn, maar in de praktijk rijden die teams toch voor elkaar als er belangen op het spel staan. Dat maakt de aantrekkelijkheid van de koers kapot. En het maakt de verschillen te groot. Wat betreft deelname aan de landelijke competitie, denk ik weleens dat het sponsoren van een individuele rijder helemaal niet verkeerd is. Lokale ondernemers willen best fors investeren in een talentvolle marathonschaatser uit de buurt, maar vaak niet in een hele ploeg. Bovendien maakt het de competitie veel spannender als individuele rijders het tegen elkaar moeten opnemen in plaats van teams. Op dit moment zijn er (genoeg) talentvolle marathonschaatsers die zelf hun reis naar de Weissensee moeten betalen, en deelname aan de Grand Prix in Zweden is bij deze categorie al helemaal een stapt te ver. Dat zou niet zo mogen zijn – in het belang van de sport.

Is er een oplossing?

Het gaat om pure sport. Ik denk nog weleens terug aan de strijd van Arnold Stam tegen Lammert Huitema. Prachtig vond ik dat. Het is toch verschrikkelijk dat afzakken laten in de finale van de koers, om ploeggenoten te helpen. Ik geniet van een wedstrijd als De Vierdaagse, waar de sterksten overblijven. Of van de Alternatieve Elfstedentocht. Het sportieve hoogtepunt in het jaar. Op de 200km kun je je niet verschuilen. Dan zie je wie zijn duurritten gemaakt heeft en om kan gaan met voeding op een 200km. Het zijn kleine dingen, maar met grote gevolgen…. Op het goede ijs van Thialf rijden alle vrouwen het NK uit. Maar dan heb je geen echte wedstrijd gezien. Het NK vindt komend jaar gelukkig plaats in Utrecht. Het ijs is daar minder van kwaliteit…!

Johnny Verbeek, Team 17/18, schaatsliefhebber in hart en nieren. Een man met een missie in het marathonschaatsen!!

Laatste berichten
bottom of page