Op 16 december won Abe de Vries de Elfstedentocht
Abe de Vries (1908-1995) links kwam op 16 december als eerste over de streep van de Elfstedentocht
Op zaterdagmiddag 16 december verraste Abe de Vries zijn vrouw halverwege de middag met de mededeling dat hij niet alleen zijn eerste Elfstedentocht had uitgereden, maar hem ook had gewonnen. Tijd om rustig na te praten was er niet. De Vries verfriste zich bij een teiltje met koud water en rende naar de stal. De koeien moesten nog gemolken worden voor de taxi hem en zijn vrouw om half zes zou ophalen voor de huldiging in Leeuwarden.
De Vries had het getroffen in zijn eerste Elfstedentocht. Het was windstil en de temperatuur lag net onder het vriespunt. In zijn boekje zes maal 200km geschaatst schreef Abe de Vries over de wedstrijd:
“In Franeker kwamen Jongert en Dijkstra even eerder uit de controle. Wij moesten daarvoor altijd een café in voor en ik nam dan telkens een glas melk. Melk is eten en drinken tegelijk!”
Samen met Sipke Castelein uit Warten zette het duo de achtervolging in op de koplopers. Na Dokkum nemen ze de leiding over in de wedstrijd.
De Vries: “Toen wij Leeuwarden binnenreden ging de wedstrijdleiding op het ijs en liet men een politieagent met zijn schaats een streep op het ijs trekken. Ik reed daar achteloos als eerste overheen. Er stond nergens een bord met finish. Ik vond dat wij bedonderd waren. Ik heb toen gezegd dat ik geluk had gehad, maar wenste dat Sipke ook als eerste (prijswinnaar) werd erkend. Anders mochten ze van mij de prijs wel houden.”
Zijn laatste Elfstedentocht reed de Vries in 1947. Die tocht zette zijn leven op zijn kop. De Vries hoort onderweg over schaatsers die uit de wind worden gehouden door niet wedstrijddeelnemers en schaatsers die opgelegd rijden.
De Vries: “Voor mij was toen de lol eraf. Het kon mij toen niets meer schelen, wie er eerst of laatst aankwam.”
Na afloop van de Tocht zoekt De Vries het bestuur op en dient een klacht in. Over en weer vliegen de beschuldigingen over tafel. De beerput die daardoor wordt opengetrokken zorgt er zelfs decennia later nog voor dat de gemoederen oververhit raken. Voor Abe de Vries is het zelfs een belangrijke reden om in 1949 met zijn gezin te emigreren naar Frankrijk. In Parijs bouwt hij een goedlopende kwekerij op tot in 1963 het noodlot toeslaat. Een grote brand legt het bedrijf in de as en de verzekering keert nauwelijks uit. De genadeklap komt een paar jaar later als de massale studentenprotesten in de stad ervoor zorgen dat de handel helemaal stil komt te liggen. Berooid keert hij samen met zijn vrouw terug naar Nederland. In Friesland wil hij niet meer wonen.
De Vries liet daarover optekenen: “Ik voel mij niet Fries, ik spreek het omdat ik er jaren heb gewoond, maar een met Friesland ben ik niet. In Schiedam is hij de laatste jaren van zijn werkzame leeftijd actief als bouwopzichter in het Rijnmondgebied en in dienst als tuinman van een middelbare school.
In 1977 doet de Vries weer van zich spreken door als bijna zeventigjarige op de Haagse Uithof tweehonderd kilometer te schaatsen in een tijd van 7 uur en 20 min. Aan een journalist vertelt hij dat er eigenlijk twintig minuten van de tijd af moet worden getrokken, door het nuttigen van een glas melk en een broodje kaas en het wachten op het dweilen van de baan.
Comments